vrijdag 23 februari 2018

Traag gaat ook

Deel twee van de eikenhouten carport is ineen gestoken.

De voorbereiding heeft meer dan verwacht tijd genomen. Maar er waren heel wat speciale stukken te construeren.

Een zwevende balk bijvoorbeeld. Want zo'n steunpaal die voor het raam passeert - dat mocht niet van 't vrouwke. Dus moest ik wat origineel uit de hoek komen, qua vormgeving.



Die zwevende balk zweeft natuurlijk niet echt. Die leunt op een grote horizontale steunbalk, op twee meter veertig hoogte. Wel vier meter lang, en negentig kilo zwaar is dat ding. Maar met een goede kettingkatrol en een lange ladder lukte dat vrij vlot omhoog te krijgen - tot mijn eigen verbazing. 

Maar wel heel traag, zo'n hijsding. Dingdingdingdingding gaat dat dan, cm na cm omhoog. En als er iets moest aangepast weer dingdingdingdingding naar beneden.  Die horizontale balk stond van de eerste keer goed, maar de zwevende balk moest wel drie keer op en neer - en niet omdat ie niet paste, maar omdat ie schuin in de touwen hing. Ik kreeg hem niet op de juiste plaats gemanoeuvreerd. 



De zwevende balk had nog enkele speciale verbindingen nodig. Een kruiselingse verbinding bijvoorbeeld, met een slot.





Of dit, waar ik geen naam voor heb, maar het was een elegante oplossing dacht ik, als verbinding met die zwevende balk die uit de loodlijn staat.



In die zwevende balk moest dan op zijn beurt, ook weer een speciaal stuk gemonteerd worden, als verbinding met de hoekspant.




Dat koppelstuk was zelf ook een uitdaging - met die scheve vorm.



Maar waar ik mijn hoofd helemaal op gebroken heb, is het onderste uiteinde van de hoekspant. Die moest in twee richtingen schuin op een balk toekomen, die zelf ook een beetje gekanteld staat.
Ik heb het getob en goniometrisch gereken dan maar opgegeven, en de verbinding in twee delen gemaakt. Dat was een stuk simpeler uit te tekenen en te zagen.








Misschien moet ik stilaan een beetje beginnen toegeven - dat het toch wel lang duurt, zo'n eikenhouten constructie zelf maken.
Sneller zou wellicht kunnen, maar dan zou ik beter niet zo kicken op artisanaal en zo ...



Misschien kijk ik nu wel eens uit naar wat elektrische apparatuur, want in de volgende fase moet ik aan het dak beginnen. En daar is wat uithakwerk te doen op drie meter hoogte, en dat wil ik zo snel mogelijk voorbij hebben.

zondag 18 februari 2018

Knotaap

De ochtendrust werd schandalig abrupt verstoord door een snerpend gejank van jewelste, het volgende ogenblik gevolgd door een krakend geraas en een zware plof, net voor het keukenraam.

Ik had al gewaarschuwd moeten zijn, want net daarvoor keken de katten schichtig op van hun ochtendslaapje. Hun koppetjes gingen gelijktijdig omhoog en keken gealarmeerd in dezelfde richting, de oortjes als driehoekige schotelantennetjes omhoog reikend naar de oorzaak van het onheil.

Het vallen van de tak zelf, want dat was het, hadden ze niet afgewacht want beiden waren al met een rotvaart de leefruimte doorgeschoten.

Ik natuurlijk naar buiten en wat ik daar zag had ik niet verwacht!

Eén of ander groot dier zat halverwege de kruin van de krulwilg, net naast ons huis.

Onmiddellijk schoot ik in mijn observatiemodus, wat inhield dat ik in allerijl terug naar binnen sloop om mijn fototoestel, nog vlug mijn smartphone in mijn achterzak propte en langs de veranda weer ongemerkt naar buiten gleed. Want zeg nu zelf, kan je tegenwoordig als natuurwaarnemer nog als vol aanzien worden als je je waarnemingen niet online en ondersteund met bewijsvoerend fotografisch materiaal op t'internet gooit, gelijk op waarnemingen.be bijvoorbeeld.

Hoeveel keer heb ik nu al niet die merel in onze tuin "waargenomen", om toch maar te bewijzen dat deze soort in de biodiverse tuin nog niet uitgestorven is, alle ramp verhalen ten spijt.

Maar goed, daar stond ik dan, Attenborough-gewijs postvattend achter wat dekkingverschaffend groen. 'k Had beter een cameraman meegenomen, want het natuurtafereel dat zich voor mijn verwonderde ogen ontspon was van een zowel betoverende als angstwekkende schoonheid.

Blijkbaar had ik met een voor mij onbekende primaatsoort te maken, waardoor het me duidelijk werd dat ik de smartphone met obsmapp app voor niks meehad. Ik was er zeker van dat deze niet in de lijst der inheemse zoogdieren zou voorkomen!



Maar niet getreurd - het kwam er op aan om toch enkele bruikbare beelden te schieten. Dat zat niet mee want die dag was gekenmerkt door een treurig maar dens grijs wolkendek dat elke poging tot kleur scheen op te slokken.

De activiteit van de aap was op zijn minst merkwaardig te noemen. Met uiterst efficiënte bewegingen klom het dier door de boom en sneed daarbij grote takken weg. Jawel sneed! Of zaagde voor mijn part. Telkens klonk er een korte snerp als het dier zijn grote aangepaste klauw op het hout losliet. Waar evolutie al niet toe in staat is! Als ik het niet met mijn eigen ogen gezien had, ik zou het niet geloofd hebben.

Het dier maakte ook gebruik van lianen om zich door de steeds kaler worden kruin te bewegen. Ik kreeg de indruk dat het wellicht om een soort mensaap zou kunnen gaan, met voldoende intelligentie om wat leek het knopen leggen te beheersen.

Telkens vielen er stukken hout en strengen klimop naar beneden, terwijl de boom stukje voor stukje ontkleed werd. Wat zeg ik, ontkleed? Nee - eerder ontmanteld. Naast de onbeantwoorde vraag wat het dier nu eigenlijk met al dat materiaal van plan was (een nest bouwen? opeten?), kwam er tevens een goede naam voor het dier naar boven. Een knotaap.



Want na een goed uur was het resultaat van die destructieve activiteit niet meer of minder dan een geknotte wilg.

Toen de boom niet meer dan een twee meter hoge knot was sloop de knotaap weg en verdween in zijn camionette, het niet nalatend eerst nog een factuur in de brievenbus achter te laten.