maandag 28 november 2011

Niet het eindpunt, maar de reis

Blijkbaar hebben wij groene jongens wel iets met bloemenweides.  Wat is het toch dat ons daarin zo aantrekt?  Is het het onbewuste verlangen naar de uitgestrekte savannes - daar waar de mens geboren werd? Het gevolg van collectieve vage herinneringen aan het leven tussen het wuivende gras en het genot van de bloemenpracht na de regens? Goed mogelijk - ik ga alvast steeds op primitieve wijze uit mijn bol als ik weer eens op een mooie bloemenweide terecht kom - vraag maar aan mijn gezinnetje :-) - de gelukkigste mens van de wereld dan. 

Daarom dat ik graag eens richting bergen trek.  Die alpenweides ... mmm: dat kleurenpalet, het gezoem van de vele insecten, de vele soorten vlindertjes - de één al frivoler dan de andere, de vele botanische zeldzaamheden, ... en dat alles tegen een grandiose achtergrond! 


Zoiets dus,
maar dan zonder de soundtrack ;-)  

Al van toen ik kind was wou ik een tuin hebben, en naarmate ik ouder werd was ik overtuigd dat de bloemenweide daar een vast onderdeel zou van zijn!  Dus tegen dat ik die droom twintig jaar geleden kon waarmaken had ik al verscheidene boeken over ekologisch tuinieren en natuurbeheer doorgenomen.  Ik wist dat ik niet moest beginnen rondstrooien met meststoffen en zo want ik had geleerd dat de soortenrijkdom van graslanden toeneemt met dalende voedselrijkdom van de bodem.  Dus de zogenaamd schralere bodems dragen de mooiste, soortenrijkste bloemenweides.

Gelukkig konden we starten met een verlaten weide waar al vijftien jaar geen koe meer op had gegraasd, laat staan dat er iemand dat weiland had bemest.  Alleen kreeg je er nauwelijks een spade in de grond - niet dat die leemgrond nu zo hard was, maar omdat het gras 15 jaar lang nooit is weggehaald was er een dikke viltlaag ontstaan - niet door te geraken!  Het ganse perceel was ook gedomineerd door Gestreepte witbol, weliswaar een mooi gras, maar geen makkelijke klant om er veel kruiden tussen te krijgen!

1991 De witbol wordt weggeploegd - de leem komt tevoorschijn
Dus werd er toen beslist om een loonwerker alles te laten omploegen, en zo vanaf nul opnieuw te beginnen.


De eerste jaren maaide ik het grootste deel als gazon - dat intensieve maairegime is nog de snelste manier om een terrein snel te verschralen (maar niet met een mulchmaaier natuurlijk - dan blijft alles liggen!).  Enkele kleine stukjes maaide ik maar twee maal per jaar, met een bosmaaier, want al snel bleek ik geen talent voor de zeis te hebben.  De planten mochten er doorgroeien, zo was ik verzekerd van zaden voor de toekomst en zag ik ondertussen wat er allemaal uit de plaatselijke zaadbank te voorschijn kwam. 

1996 links een hooi-opper en in het midden van de foto enkele cilinders met drogend gazonmaaisel
Maar ondanks al dat afvoeren van maaisel - was de eerste vijf - zes jaar de productie enorm!  Duidelijk dat ondanks het ontbreken van bemesting, er nog behoorlijk wat voedingsstoffen in die leembodem staken! Hooi dat we er af gehaald hebben! Hò-pen!  ik werd er haast moedeloos van.

1999 - juli, het hooi ligt te drogen.  Maaien doe ik tweemaal per jaar.  De eerste maaibeurt in juli-augustus,
en een tweede maal in september-oktober, dan gaat het hooilandje kort de winter in.
Maar vanaf jaar 7 werd het allemaal anders.  Plotseling ging witbol achteruit en traden andere grassen op de voorgrond: Glanshaver, Veldbeemdgras, Struisgras, Grote vossestaart en Kamgras. Toen daarna ook Reukgras doorbrak was het ogenblik aangebroken om mijn geheime wapen in de strijd te werpen: Grote ratelaar!

2002 Glanshaver, Beemdgras, Kamgras en Witbol, samen met Veldzuring en Grote ratelaar
Ratelaars zijn halfparasieten die sap zuigen uit grassen.  Daardoor gaan de grassen minder uitbundig groeien en kan er voor kruiden ruimte in de grasmat ontstaan om te kiemen. Nu was dat de eerste twee-drie jaren niet echt een succes te noemen - die Ratelaars wilden maar niet aanslaan.  Maar jaar 11 zag het grasland plots geel!  Misschien heeft het ook geholpen dat ik na elke hooibeurt een beetje kalk rondstrooide.  Het summum, het uiteindelijke doel, de te bereiken top was namelijk dat ook orchideetjes zich zouden thuisvoelen in het hooilandje.  En die lusten wel een handje kalk.

voorjaar: massaal ratelaar-kiemplantjes!
Het hooilandje had al een redelijke soortenrijkdom van zichzelf, maar ongeduldig als ik was (en ook een beetje door de verzamelaar in mij), bracht ik van wandelingen steeds zaden mee die ik in het hooilandje uitzaaide.  Zo nam het lijstje steeds toe tot het ronduit indrukwekkend werd - nou ja, toch voor een oppervlakte van 1 are :-)

Kamgras

De grassen: Gestreepte witbol, Glanshaver, Grote vossestaart, Engels raaigras, Kropaar, Gewoon struisgras, Ruw beemdgras, Veldbeemdgras, Kamgras, Gewoon reukgras, Rood zwenkgras en Zachte dravik.


De kruiden: Kruipende boterbloem, Scherpe boterbloem, Pinksterbloem, Veldzuring, Witte klaver, Rode klaver, Hondsdraf, Gewone ereprijs, Gewone rolklaver, Veldlathyrus, Vogelwikke, Voederwikke, Smalle weegbree, Grote bevernel, Rode pimpernel, Kraailook, Glad walstro, Beemdkroon, Rapunzelklokje, Knoopkruid, Groot streepzaad, Beemdooievaarsbek, Gewone bereklauw, Herfsttijloos, Kruipend zenegroen, Gewone brunel, Kaardebol, Akkerwinde, Haagwinde en Trompetnarcissen.



Beemdkroon, Grote ratelaar en Beemdooievaarsbek
Eind jaren '90 kwam ik jobsgewijs op een Pajottenlandse spoorwegberm terecht die zowat vergeven stond van de Gevlekte orchissen.  Duizenden exemplaren kleurden er het grasland bleeklila. Daar zag ik mijn kans schoon om zonder gewetensbezwaren aan het nodige te komen.  Enkele rijpe bloeiwijzen werden later opgehaald en het stoffijne zaad zonder veel hoop tussen de eerste lading Ratelaars uitgezaaid.

2003 Gevlekte orchissen in het hooilandje!
 Maar de verrukking toen ik drie jaar later plotsklaps een bloeiend orchideetje tussen 't gras zag!!!! 

Als je weet dat die planten echt kieskeurig zijn. Ze hebben geen reservevoedsel in het zaad en kunnen alleen kiemen als de juiste schimmels aanwezig zijn - daar krijgen ze op symbiotische wijze voedsel van. 





Rapunzelklokje
Gelukkig was ik er ondertussen wel al achter dat daarmee de pret niet ten einde was. Het doel orchideetjes te hebben was dan wel gehaald, maar daar heeft zo'n bloemenweitje eigenlijk geen boodschap aan - een eindpunt kent het niet en evolueren doet het nog steeds!  Eigenlijk is zo'n graslandje een eindeloze reis.  Je kan wel een beetje sturen maar tenslotte doen die planten lekker hun zin.

En sommige hebben het echt naar hun zin!  Tot mijn grote plezier, want Kraailook, Rapunzelklokje, Rolklaver en Pinksterbloem - ik ben er gek op!

 


Kraailook concureert met het hoge gras
 Sommige soorten vonden het daarentegen tijd om te gaan.  Zo "verloor" ik onderweg een aantal soorten.  Ik kan me er een aantal van herinneren (spijt dat ik het niet jaarlijks opgetekend heb): Grote brandnetel, Boerenwormkruid, Duizendblad, Kweekgras, Akkerdistel, Speerdistel, Bleke morgenster, Wilde cichorei, Ringelwikke, Klaproos, Margriet, Gewoon barbarakruid, Herik en Witte honingklaver
En andere soorten vinden het dan weer tijd om te gaan domineren.  Zo komt sinds vorig jaar Groot streepzaad nogal agressief opzetten.  Ik bekijk het een beetje argwanend, want het zijn zo'n grote planten en het aspect van het hooilandje zal grondig wijzigen ... Maar misschien moet ik gewoon meegaan in die reis, wie weet wat er nog komt?

Groot streepzaad rukt op!
En verder heb ik natuurlijk nog plannen: in Nederland zag ik een wetenschappelijke proef rond graslandbeheer en graslandontwikkeling die al vijftig jaar loopt.  En één van de proefveldjes werd er jaarlijks een beetje ingekalkt ... Tiens, waar doet me dat aan denken ;-) ... en stond me dat niet mooi vol met Bevertjes!  Dus dat staat nu ook op de verlanglijst, samen met Goudhaver, Beemdlangbloem, Valse voszegge, Kluwenklokje en Wolverlei ... 

Trilgras ofte Bevertjes - om verliefd op te worden!


zaterdag 12 november 2011

Stalker of fan ?

Was het biodivers vrouwke vandaag de bladeren aan't harken - werd ze voortdurend bespied vanuit het overblijvend gebladerte van de haag.  Eerst keek ze wel wat op, want het geritsel was toch wel heel dichtbij zo, terwijl zij nogal in't rond zwaaide met de grote gritsel.  De kleine ritselaar was geenszins bang van aard.  En terwijl de bladhopen steeds hoger werden, keken daar twee kraaloogjes haar steeds fars aan.  Nu hier, dan weer daar.  Tot ie daar plotsklaps in vol ornaat verscheen!  Een rode, van trots opgebolde borst, en een klein, ietwat zenuwachtig knikje door de knieën, de vleugels in een mooie bocht naar achter gevouwen ... meneer Roodborst liet zich echt wel van zijn mooiste kant bewonderen!  En van zo dichtbij!  Had het biodivers vrouwke haar fototoestel vastgehad - 't had nooit zo dicht gekomen.  Maar werd ze nu gestalkt of was ie gewoon fan van mooi werk?  Ik hou het op het laatste, alhoewel het ook een herfstige verliefdheid kon zijn. Met haar blauwe fleece leek ze wel een grote mevrouw blauwborst zo ;-)

zondag 6 november 2011

Het is me wat ...

Het is me wat met die dieren de laatste tijd!  Kip drie was vorige week plots verdwenen.  Nog volop in de rui en foetsie!  Overal gezocht en niet te vinden ... in de ren, het kippenhok, de tuin en onbebouwd aanpalend land.  Niks!  Alleen moet ik de buur nog eens vragen zijn kippen eens te tellen.  Hij heeft er namelijk ook enkele lopen van datzelfde ras ... wie weet vond ze een overstapje wel eens interessant :-)

En met Cavia is het gedaan ... het oude beestje heeft haar laatste adem uitgeblazen.  Wiet heette ze, naar het geluid dat ze maakte als je met eten afkwam wiet wieet wiiiet wiiet!   Haar huisgenote was vorig jaar al overleden - die heette dan Hasj ... grapje van de oudste zonen: Wiet en Hasj :-)  Jaren hebben die twee cavia-tantes een stukje van het gazon kortgehouden.  Ze deden dat wel niet vrij rondlopend, want zo zijn we indertijd enkele Cavia's kwijtgeraakt aan Wezel (nou ja, die zijn jongen moeten ook eten?), nee - ze knabbelden heel wat weg vanuit hun verplaatsbare hok.  Elke dag moesten we dat een stukje opschuiven, want dat knabbelen ging nogal vlot.  'kheb ze een laatste rustplaats gegeven onder de composthoop.  Eik zit daar met zijn wortels.  Die weet wel weg met haar.

Toch ook enkele leuke ontmoetingen ... zoals altijd rond deze tijd komt Egel het bakje van Poes checken op restjes - en eet die dan met veel gesmak en luidruchtig heen-en weer-geschuif van het bakje op.  Makkelijke hap om het winterspek aan te vullen denk ik, want in de zomer doet ie dat nooit!  Egel was wel een stuk kleiner dan vorig jaar.

En Pad deed gevaarlijk!  Ik wou net vertrekken met de wagen toen ie zomaar vanonder de wielen tevoorschijn kwam!  Vermanend toegesproken en dan maar op een veiliger plek achter het huis weer losgelaten.  Hoop 'em volgend jaar nog terug te zien, veilig en gezond.