zondag 31 mei 2015

Speelhuisje wordt werkhuisje

Dat de schuifaf annex speelhuisje al enkele jaren nauwelijks nog door de kinderen gebruikt wordt is een understatement.  Het enige waar het ding nog nut voor had was als steun voor Hopplant en Bosrank en als dumpplek voor afgedankt speelgoed. Zeg maar uitgespeelde rommel genre lekke ballen, gedeeltelijk ontsnaarde tennisrackets en een boel ander onbestemd afval. Hopla - alles de kruiwagen in voor afvoer.


Bovendien beet de tand des tijd serieuze happen uit de stevigheid van de constructie. Het dakje was er bvb al jaren geleden door een storm afgegooid.

Eén kant zag er nog redelijk goed uit, met maar één scheefhangende plank. Maar de andere kant had maar enkele lichte tikken met een hamer nodig om haast volledig ineen te stuiken.


Het zaakje volledig restaureren zat er niet in. Onze kinderen gaan dat toch niet meer gebruiken. Maar wellicht wel de kinderen die naar de open tuindag komen. Dus zorgen we er voor dat ze veilig de glijbaan op en af kunnen. Maar het speelhuisje zelf kreeg een andere bestemming. Dat werd een werktafel om planten te verpotten.

Alle wanden gingen er uit, het meeste werd brandhout maar een deel van de schelven werd hergebruikt als achterwand. Enkele nieuwe schelven waren nodig als dakbedekking en als stevige toegangsvloer voor de glijbaan. Die kochten we rechtstreeks bij de lokale houtzagerij. Het zijn erg brede schelven geworden, in eik.


Onder het speelhuisje werd vroeger wat brandhout gestapeld,, maar sinds dat in een mooi rek terecht kan, kwam hier plaats vrij om de ruime collectie bloempotten te stockeren. 


En nu hebben we een leuke werkplek er bij in de tuin!

donderdag 28 mei 2015

Cirkelterras - part IV - de borders

Dat was allemaal veel meer werk dat ik eerst inschatte, zo'n terrasje met border aanleggen. Op het eind heb ik nog wat hulp ingeroepen om het af te werken - bovenop de hulp van steeds met zwaargeladen kruiwagens rondhotsende Jongste zoon kwamen Oudste en Middelste zoon en hun vriendinnen een dagje helpen.

Het terrasje werd dichtgepapt met cement, waar de border moest komen eerst volgestort met zelfgemaakte compost en daar bovenop een lading grond.

En dan het moeilijke: de beplanting kiezen.



Daarvoor zijn we tenslotte naar Beervelde gereden en ook dat was niet genoeg. Want je schrikt natuurlijk telkens weer hoe schamel je dure aankopen er weer uitzien na het uitplanten. Zo'n nieuwe plantjes dat zie je amper staan.




Dus nog naar twee andere plantenwinkels geweest en wat planten gekregen van vrienden en familie.



En zo landden we tenslotte op een plantenlijst van 35 soortjes ... als ik er geen vergeten ben.
Wat ons weer doet twijfelen - want hadden we bij aanvang niet gezegd dat we niet weer eens dezelfde fout mochten maken als anders, door te veel soorten te zetten? Gingen we deze keer niet werken met grotere massieven van één soort?

... dat is dan dik mislukt ;-)





  1. Silybum marianum - Mariadistel
  2. Scabiosa cultivar
  3. Astrantia major 'Claret'
  4. Hydrangea macrophylla 'Frisbee white' - Hortensia
  5. Helianthemum hybride 'Hartswood Ruby' - Zonneroosje
  6. Dianthus Anjer
  7. Geranium 'Anne Thompson'
  8. Tanacetum parthenium - Moederkruid
  9. Polygonum amplexicaulis 'Blackfield'
  10. Digitalis purpurea 'Pam's split'
  11. Leucanthemum vulgare cultivar - Margriet
  12. Eryngium giganteum - Ivoordistel
  13. Astrantia major 'Star of Billion'
  14. Geranium 'Dreamland' (='Bremdream')
  15. Dryopteris sp. - Varen
  16. Verbascum blattaria - Mottenkruid
  17. Calanthe takane (discolor x sieboldii) hybride - Calanthe orchidee
  18. Gaura lindheimeri 'short form'
  19. Trifolium ochroleucon
  20. Hemerocallis 'American revolution' - Daglelie
  21. Phlomis russuliana
  22. Cephalaria gigantea - Gele reuzenscabiosa of Schoepkruid
  23. Dryopteris filis-mas - Mannetjesvaren
  24. Choisya 'White dazzler'
  25. Rosa gallica - Franse roos
  26. Silene maritima 'Weiskehlchen' - Lijmkruid
  27. Campanula lactiflora 'alba' - Klokjesbloem
  28. Rudbeckia fulgida 'Goldsturm' - Zonnehoed
  29. Geranium macrorrhizum 'white ness'
  30. Geranium oxonianium 'Catherine Deneuve'
  31. Campanula punctata 'Wedding bells'
  32. Salvia microphylla?
  33. Campanula persicifolia - Prachtklokje
  34. Geranium pratense - Beemdooievaarsbek
  35. Malva moschata - Muskuskaasjeskruid


zondag 17 mei 2015

Muizenhotel

"Hallo, met de biodiverse tuinier."

"Iii ii  iiiiiiii ii iiii i. Iii iii iii."

"Begrijp ik U goed? U wilt dat ik een hotel voor U bouw?"

"Iiii. Ii iiii iii iiiiiiii ii iiiiii iii iiiii i."

"U hebt goede referenties over mij? Dat is fijn. Betreffende ekologische tuinconstructies dan nog. En hoe had U dat hotel dan precies in gedachten?"

"Iiii. Ii iiiii ii iiiiiiiiiiiii iii iiii ii & iii iiii iiii i i iiiii."

"OK, moet te doen zijn. Ik noteer een stevige fundering, en kelderverdieping met veel opslagruimte. Smalle, ratbestendige ingangen en salamandervriendelijke kieren."



 "Iiii ii iiiiiiiiiiii iiiii iiiiii ii iiiii & iiii & iiiiii iii ii. Iii iiiiiiiiii iii iiiiii & iiiiiiiiii iiiii iiiii & iiii i."

"Goed. Daarop dan stevige gewelven met enkele geheime toegangen naar de opslagruimtes. Enkele ruimtes voor feestjes en schranspartijen - en het geheel uitgevoerd in een megalithische bouwtrant met licht megalomane inslag".


 "Iiiiiiiiii iiii ii iiiiiii iiiii iii iiiiiii ii. Iiii iiii iii iiiiiii ii."

"En op de bovenste verdieping plaats voor enkele gezellige lofts, met genoeg ruimte voor pluizige nestbouw.  - Genoteerd".


 "Iii iiii iiiiiiiii iii ii iiiiiiiiii iiii iiiii i. Iii iiii iii."

"U wilt dat de lofts opgaan in de groene omgeving? Beetje zoals een half in de jungle verzonken precolumbiaanse inca-piramide? Ik heb alles wat U nodig hebt! In gegarandeerd mosvriendelijk materiaal".


"Iii ii ii!"

"Maar dan wel regenbestendig? Kan voor gezorgd worden."


donderdag 14 mei 2015

Paadje

Vanaf nu zijn de kippen een deel van hun ren kwijt.

Ze hebben plaats moeten ruimen voor het houtstapelrek en nu ook nog voor een paadje die langs het rek loopt. We willen immers makkelijk aan het droge hout. En er moest ook nog plaats komen voor een wachthoop van snoeihout, want door de aanleg van de cirkelterras moet het snoeihout nu naar elders. En dat is de kippenren geworden.



Dank zij de hulp van alle zonen ging het aanleggen van het paadje nog vrij vlot. Eerst werden er boordstenen geplaatst en dan werd daartussen flink opgevuld met de grote hopen bouwpuin die in de kippenren opgestapeld lagen.



Een weekje later konden we dan het paadje invullen. Ik gebruikte daarvoor wat blauwe steen die ik van buurman kado kreeg, toen hij zijn oprit opbrak. De laatste meter van het pad werd op kunstige wijze ingevuld met een zonnetje, waarvan ik de langste stralen mooi noord-zuid legde. 



Het geheel werd nog een weekendje later dichtgepapt met een wit zand-cement mengsel.

Nu moet ik slechts nog van dit bouwafval afgeraken. Of er iets nuttig mee doen. Want het is geen gezicht.



zondag 3 mei 2015

Plant van de maand - mei

De eerste week van mei betekent voor mij de week van de blauwe bloemekes. Het is de periode waarin de Wilde hyacint bloeit (alhoewel ze dit jaar al halverwege april begonnen). En dus ook het uitgelezen moment om een geurige lentewandeling te maken in het Hallerbos.


“This forest is famous in Japan”, zou men bij de ingang tot het bos kunnen plaatsen.

Want het Hallerbos heeft op dit ogenblik wereldfaam. “The blue forest” verkreeg die bekendheid door de aanwezigheid van de uitgestrekte en uiterst fotogenieke tapijten Wilde hyacintjes. Van heinde en ver komen fotografen naar dit bos afgezakt om er, vooral in het stille ochtendlicht, de meest romantische bosbeelden te fotograferen. Om ergens anders evenwaardige kiekjes te maken moet je al het water over, naar Engeland.

Er worden zelfs al grote prijzen mee gewonnen, met die foto's. Zelf raak ik helaas nooit zo vroeg uit mijn bed.
 


Nu is die populatie in Hallerbos de meest noordoostelijke grote groeiplaats van de Wilde hyacint. Deze soort heeft namelijk een uitgesproken voorkeur voor een Atlantisch klimaat, wat wil zeggen dat ze eigenlijk geen strenge winters verdraagt. Want dan vriezen de zaailingen dood. En dat is belangrijker dan je denkt. 


Velen menen dat de Wilde hyacint zich louter via de bollen vermenigvuldigd. Niets is minder waar. Elk jaar na de bloei maakt de Wilde hyacint in zijn zaaddozen honderden zaden, die tegen de vroege zomer rijp zijn. ’s Winters ontkiemen die dan en overwinteren als kiemplant. En daarom mag het blijkbaar een niet te strenge winter zijn.


Kijk eens hoeveel kiemplantjes er rond deze pol hyacinten staan. Misschien zijn de middelste enkele klonen door het delen van de oorspronkelijke bol, maar de meeste zijn toch verschillende generaties zaailingen.

Meer naar het noorden vind je deze soort daardoor nog slechts sporadisch. En hoogstwaarschijnlijk niet van nature. In de Ekologische Flora lees ik het volgende:
'In Nederland werd de Wilde hyacint vermoedelijk ingevoerd uit Groot-Brittannië omstreeks 1700. Alle herbariummateriaal uit die periode zijn Wilde hyacinten. Pas later vindt men ook de subsp. Hispanica (de Spaanse) maar vooral tussenvormen (de kruising Boshyacint) terug. Maar alle populaties werden eerst als cultuurgewas beschreven, wat er nogmaals op wijst dat alle populaties in Nederland verwilderd zijn. De eerst vindplaatsen zijn te ‘s Gravenshage, Haarlem en Velsen.' 
Ik heb de kruising (Boshyacint) zelf op Texel gezien en naar het schijnt komt ie ook op Walcheren voor. Verder is er Wilde hyacint te vinden tot in het noorden van Noord-holland, in de binnenduinrand.

Naar het zuiden wordt de soort vervangen door de Spaanse hyacint. Die kan je herkennen door de iets forsere gestalte, de iets bredere bladeren, de meer klokvormige bloemen, de bloeiwijze die niet zo sierlijk overhangt als bij de Wilde hyacint en – wat op het eerste gezicht niet zo opvalt – de blauwe helmknoppen. De Wilde hyacint heeft namelijk witte helmknoppen. Kruisingen met Wilde hyacint worden in de handel verkocht als “boshyacintjes”. De kruising lijkt erg op de Spaanse hyacint, met rechtopstaande stengels en (bleek)blauwe helmknoppen. Maar terugkruisingen met één der ouders geven tussenvormen die moeilijk te onderscheiden zijn. De inkruisingen worden als een bedreiging voor de wilde populaties gezien. 

Links Wilde hyacint         en         rechts Spaanse hyacint 

Ik heb dus altijd Boshyacintjes of de Spaanse ondersoort uit mijn tuin geweerd. Maar vermits ik in een streek woon waar de Wilde hyacintjes thuis zijn in de bossen, heb ik regelmatig wat zaad verzameld en uitgezaaid in de bosachtige delen van de tuin. 

Je moet dan wel extra geduld hebben tot er bloemen verschijnen, maar het effect oogt toch veel natuurlijker dan ergens bollen kopen en planten.
De eerste jaren zie je er nauwelijks iets van. Alleen kleine sprietjes verraden dat je er iets gezaaid hebt. Daarna staan er enkele jaren kleine rozetten. Eigenlijk kan je de eerste iele bloeiwijzen pas vier tot zes jaar na het zaaien verwachten. En dan dragen ze nog maar enkele van die buisvormige klokjes op een klein, maar toch al karakteristiek overhangend stengeltje.

Maar daarna is het gewoonweg genieten van je eigenste Hallerbosje in de tuin.

Kijk maar: