zondag 25 november 2012

Koningsdag

"Hé - daar is een orchideeënkwekerij! - en daar stond: visitez les serres!"  zo klonk de enthousiaste kreet van 't vrouwke.  En onmiddellijk erna: "Ah, daar is een rond punt - ge kunt daar draaien ... als ge goesting hebt natuurlijk". 

Maar misschien moet ik dit tafereeltje even kaderen, en wat terugspoelen.  Want het was Koningsdag.  En op die dag dag hebben wij beiden vrij.  Want we werken voor de Koning, maar vooral voor zijn onderdanen .  En in dat geval krijg je vrijaf op zijn feestdag. 

Voor ons is dat ook écht vrij, want de scholen zijn gewoon open en schoolkinderen moeten dus gewoon naar de les, net als andere gewone weekdagen.  Dus Koningsdag is voor ons een beetje Kindloze dag.  Zo één waar we zelfs niet voor opvang moeten zorgen omdat we samen iets willen doen, en dan het gemopper en geklaag moeten aanhoren van waarom zij niet meemogen en waarom zij naar X of Y moeten, en wij van de weeromstuit ons dan wat schuldig voelen.

Nee - helemaal vrij en zelfs met de groeten van de Koning :-)

De afgelopen jaren is zo een beetje een traditietje aan het ontstaan.  Na het afleveren van de kindjes aan de schoolpoort, gaan wij beidjes gezellig winkelen.  Ergens in een winkelcentrum flaneren, koffietje drinken, een nieuw pulleke of hemdje kopen, sokjes, sjalleke, lingerie, ... 's middags een kleine lunch ... zo van die dingen.  Heel ontspannen, geen stress, niks moet, alles kan. 

Dit jaar waren we niet ver weg, en vrij vroeg in de namiddag keerden we al weer terug huiswaarts. 
"Het is nog te vroeg voor 't school... Waarom nemen we niet de N7?  - in plaats van de snelweg?" voegde het vrouwke er nog aan toe. 
Ze had duidelijk nog geen zin om al terug te keren, en het was inderdaad nog wat vroeg voor de school.  
"Ja ok" zei ik, verbaasd omdat zij het nummer van die provincieweg kende, want eigenlijk nemen wij die haast nooit. "Maar dat gaat ons duur te staan komen - dat voel ik zo". 
"Hoezo?" ze keek me vragend aan. 
"Ja - gegarandeerd zie jij nog één of andere meubelwinkel of zo onderweg ..."
"Mogelijk, maar langs daar is dat precies een beetje buitenland", repliceerde ze lachend. 
Het vakantiegevoel zat er precies wel in die dag.  En zo tuften we op een gezellige snelheid langs kleine Waalse taalgrensdorpjes en gehuchten, door het typische glooiend Henegouws landschap tot opeens ...

"Hé - daar is een orchideeënkwekerij! - en daar stond: visitez les serres!" zo klonk de enthousiaste kreet van 't vrouwke. En onmiddellijk erna: "Ah, daar is een rond punt - ge kunt daar draaien ... als ge goesting hebt natuurlijk".

Je kan je wel inbeelden dat we terugreden... En dat het niet goedkoop was ;-)


Dit is een Brassia rex.  We kochten deze voor de spectaculair grote bloemen. 
Met spinachtige slippen bij meten die wel 25cm!



Deze heet Epidendrum ballerina. 

Ja ballerina - volgens ons zou een gepaste naam eerder "Beaker-dressed-up-for-Rio" zijn ;-)
We kochten deze plant omdat ie ons deed denken aan een orchidee die we zagen in de botanische tuin in Funchal, tijdens onze vankantie in Maderia deze zomer.  Het is geen "botanische" soort, maar een kruising op basis van Epidendrum radicans

En dit is Restrepia guttulata, een miniem gevalleke uit de bergen van Peru.
Ik was onmiddellijk verloren voor de schoonheid van deze tropische-mot-achtige bloempjes

vrijdag 23 november 2012

Tuinevolutie XI - 2000

Kerspruim in bloei in de haag.
Tweeduizend was het jaar dat ik zelf een border probeerde aan te leggen.  Haha! Ik had me de moeite kunnen besparen want amaai dat werd me een mislukking.  Nu had ik dat allemaal wel goed overdacht, maar blijkbaar toch niet goed genoeg.  Het werd een “blauwe” border.  Er mochten allerlei kleuren in, als ze maar blauw genoeg waren.  Dus dat ging van rozigpaars over pimpelblauw naar purpelrood, of zoiets.  Want dat is nog zo iets dat mannen niet goed kunnen, naar ’t schijnt – dat is kleuren benoemen.  Maar dat was niet het probleem.  Het probleem was dat die plantjes niet deden wat ze moesten.  Ik had toch de lage van voor gezet, en de hoge achteraan?  Waarom deden ze dan niet zoals verwacht?  Moet er nog gezegd dat deze border nog enkele jaren een zorgenkindje is geweest?  Het biodivers vrouwke heeft al ettelijke malen opdracht gegeven dingen uit te graven om een betere plek te geven …






Tweeduizend was ook het jaar dat mijn plan om een kalkgrashellinkje te creëren gekelderd werd.  Het vrouwke wou ook daar struiken zien groeien.  We haalden Spirea’s in huis en we kregen ook nog een Clerodendrum trichotomum en een Japanse kwee (Chaenomeles japonicae) van bevriende tuiniers.  Het geheel werd in landbouwplastiek gezet om de ruigtekruiden te onderdrukken. 
Bovenaan, tussen pad en struikhelling, werd een bordertje volgeplant met Vrouwenmantel (Alchemilla mollis), afgezoomd met een buxushaagje en een Taxus – om te vormsnoeien.  En naast de krulwilg kwam nog een Amandelpeer, waarvoor het biodivers vrouwke me al ontelbare keren vervloekt heeft (dat heeft stekels - gemene stekels!).


Maar twee duizend was ook het jaar dat de ingehuurde opritten-kasseilegger failliet ging.  Nu, na een tijdje diene gast aan ’t werk te hebben gezien verbaasde me dat eigenlijk niet … Zo ne prutser!  Evenwijdige lijnen had ie bvb nooit van gehoord, en water loopt toch bergop niet?  Nu ja, wij bleven op een gegeven moment met een put zitten waar een oprit hoorde te zijn.  En geen goesting om een nieuwe kasseilegger te zoeken.  Alleen al een offerte vragen is al een voltijdse bezigheid!  Er schort echt iets aan de opleiding van ondernemers in de bouwsector!



Maar zo ne put voor uw deur – dat is toch een uitdaging.  En dat laten we niet liggen – zo’n een uitdaging.  Dus zelf kasseien gaan bestellen, een lokale landbouwer zo ver gekregen om voor ons kleine ladingen stabilisé te halen en ergens in een doe-het-zelf zaak zo een trilplaat gehuurd.  In de blakende zon hebben we in een week de klus geklaard. 




Maar daarna wist ik weer waarom ik geen stratenmaker geworden ben.  Mijne rug!  Zo op uw knietjes gezeten van die steenblokskses van vijf tot elf kilo tillen – ’t is beulewerk, neem het van mij aan.


Maar het resultaat mocht er zijn! En zo trots dat we dat zelf gepresteerd hadden!

 De rambler “Kiftsgate” had ondertussen een plek op het dak veroverd.




Dat jaar bloeide de Blauwe regen voor het eerst echt uitbundig!  ’t Is een “floribunda”, dus zo één met van die lange bloemtrossen, en met veel wit in de bloemen, zodat ze eerder bleekblauw lijken te zijn.


Rudbeckia in de gele border

Alsof we nog niet genoeg met cement gespeeld hadden begonnen we ook aan een ander projectje: over de septische put heen moest een terrasje komen.  Want we hadden er al sinds vorig jaar een betonnen paadje.  En daar was om te beginnen een fundering voor nodig. 




Dat werk was al in het voorjaar aangevat maar hadden we moeten onderbreken om de oprit af te werken.  Daar hadden we dan maar tijdelijk een plastiek zeiltje over gegooid.  Op dat funderingske moet nog een rond muurtje gemetst worden en daar bovenop een betonnen plateau.  Ooit gingen we dat dan samen met het gebetoneerde pad betegelen of zo.


Jongste zoon kreeg een zandbak.  Hij was zo al niet van al die bouwplekken met stabilisé weg te houden en van dat wit zand is toch wat properder voor de kleertjes!
En af of niet ... zo'n zandbak, dat is pret!

In de struikenborder bloeide de Vlinderstruik en bam!, toch wel onmiddellijk succes zeker!

Egel bracht ons geregeld bezoekjes

Een afsluitend beeld voor het jaar 2000, en een tongbreker voor West-Vlamingen ;-)
Het goocheme Guichelheil gluipt heel geniepig groeiend huiswaarts


bleekgeel: hooiland
zonnegeel: border
bleekgroen: gazon
lichtgroen: struiken
groen: boom
zwartgroen: haag
bronsgroen: lianen of klimplanten
zwart: landbouwplastiek
beige: akker, en grote bouwvlakte rond huis ...
lila: kalkgrasland (ook op groendak)
staalblauw: moerasje
rood: akkeronkruidenreservaatje
bruin: constructie
grijs: verharding

Verder lezen? voor volgende aflevering klik HIER
Terug naar het begin? Klik hier voor 1990


maandag 12 november 2012

Punker


“Mhoh!! Kijkt daar eens! Vlug!” Die uitroep kwam van ’t biodivers vrouwke.

Haar aandacht was al een twintig seconden niet meer bij ons gesprek – in de wintertuin.

“Wat? Waar?” roep ik uit – want ik weet dat ik snel moet zijn – het vrouwke heeft beter ogen dan ik. En een apart antenneke om speciaal dingens te ontdekken. Wanneer we ergens rondrijden met de wagen ook - zij heeft altijd alle roofvogels gespot, op hun paaltjes langs de wegen.

Maar nu is al haar aandacht bij een KBV-ke in de Wilde appelboom. Het hopt en springt en doet en is voor mij slechts een vage schim. “Wat is het” vraag ik nog eens. “Zonder bril zie ik niks hé”!

 “’T is iets heel klein … en ’t is geen Winterkoninkje” zegt ze beslist.

“Ik haal de verrekijker – hou het in de gaten hé”! … Standard-procedure bij het biodivers gezin: iemand houdt het beestje in de gaten, terwijl de biodiverse papa zijn bril / verrekijker / fototoestel haalt of tijd moet krijgen om van lens te wisselen. Klassiek tafereel ook: de Zoon / Dochter / Vrouwke heeft het beestje goed kunnen bewonderen, en dan komt pa buiten adem terug – meestal net op tijd om te laat te zijn :-/

Maar gelukkig niet deze keer: de verrekijker vindt al heel snel het KBV-ke en ik herken het als een Goudhaantje!

“Het is een Goudhaantje!” roep ik uit!   “Allez joh – dat is ook de eerste keer hier!” vul ik enthousiast aan.   “Normaal zit dat toch in naaldhout?”

Hier, pakt de verrekijker – dat wil ik op foto.”   Hier volgt het beeld van weer een sprintje naar de woonkamer, waar gehaast de Grote lens gemonteerd wordt, gevolgd door een voorzichtig sprintje terug.

Op Madeira lukte dat ook dacht ik zo, dus waarom niet met een Goudhaantje hier?

Maar dat zijn me toch vinnige beestjes!   Geen seconde zit dat stil!  Dat hopt en dat springt en zoekt en speurt en pikt en hapt.   Ik begin te vermoeden dat die appelboom wemelt van het lekkers, want het beestje bleef wel vijf minuutjes bezig.

Genoeg om wat te staan klunzen met de Grote lens.   Doorheen de ruit, met takken en raamprofielen die steeds in de weg staan net als je wilt afdrukken, met een onderwerp van amper vijf cm groot dat écht niet wilt stilzitten.   Met de autofocus lukte het niet – te veel takjes, en tenslotte dan maar manueel beginnen scherpstellen … met een bedenkelijk resultaat tot gevolg.

Maar goed – toch blij met dit bewijsje: een punker in de biodiverse tuin!



zaterdag 10 november 2012

Dressed to kill


“Dat zit gedorie gans vol hé” zei ik vanuit de deuropening - ietwat geagiteerd. “geef ne keer twee van die rekkerkes – zo van die brede.” … “En mijn kaweetje”. … “En ne grote vuilzak”.

“Niet binnenkomen hoor!” dreigde het vrouwke. “Ik moet dat niet in huis hebben hé”!

“zou ik ze wegkrijgen met heet water?” vroeg ik. En zonder een antwoord af te wachten – “kunt ge me nen emmer vullen? – diene grote.”

Vanuit de berging hoorde ik haar vaag mopperen over “mannen die weer voor vanalles hulp nodig hebben en dat ze ook nog haar eigen werk heeft”.

Ondertussen plukte ik er nog drie van mijn sweater.

“Ja – ik kan niet binnenkomen hé – ik zit vol” riep ik naar binnen.

Potvolblomme! Nog twee op mijn broek. En spartelen dat ze doen – als ge ze probeert te pletten.

“Voor wat hebt ge uw kaweetje nodig?” vroeg ze, terwijl ze me de rekkerkes, kaweetje en vuilzak gaf. “Het regent nu toch niet?”.

“Ja, maar daar kunnen ze niet door hé – ik wil ze niet in mijn kleren!”, antwoordde ik.

Ik propte mijn sweater in mijn broek, het kaweetje ging er overheen, het touwtje goed dichtgetrokken. Met de rekkerkes sloot ik de mouwen extra goed af.

Het vrouwke bekeek de verkleedpartij met enig leedvermaak.

“Moet dat nu echt”? probeerde ze nog eens. “In de natuur kuist niemand dat toch uit?”.

“Ja maar dan zitten die jongen volgend seizoen direct vol hé. Ik denk dat dat niet gezond is voor zo’n klein beestjes”. … “Is die emmer al gevuld?”. ...


"Euh ... ik heb ook uw rubber handschoenen nodig" voegde ik nog toe, terwijl ze de kraan dichtdraaide.  Het ogengerol dat daarop volgde was haast komisch.

Even later toog ik weer de tuin in, uitgedost als een halve imker, of astronaut. Ik mankeerde nog net een helm.  Mmm - ik kan misschien best mijn kap opzetten, zo overwoog ik nog. 

"Waarom zet ge uw kap ook niet op?" riep ze me nog lachend achterna.  "Dan is het helemaal compleet".

Het hete water klotste in de emmer, toen ik die puffend neerzette. “Zo zie – t’zal rap gedaan zijn met bloedzuigen!” mompelde ik in mezelf. En met een moordzuchtige blik in de ogen opende ik het volgende huisje.  




 

dinsdag 6 november 2012

Afronden

Wie werkt kan niet bloggen, las ik ooit op een blogje. Geen flauw idee welke blog dat was maar dat zal zekers niet bij Muggenbeet geweest zijn, want daar wordt er heel wat werk verzet, en er nog over geblogd ook!

Maar mij lukte dat de laatste weken dus niet, want ik moest nog een boel klusjes afwerken binnenshuis: onder andere pleisteren, verven, een druppende boiler herstellen, isoleren en draadloos internet installeren - draadloos zegt U? jawel tzalwel ;-)

"draadloos" internet

Maar zo met de winter in ’t verschiet, was het hoog tijd dat ik eens uit de startblokken schoot. Nu lag me daar toch een hoop werk te wachten in de tuin -zoals daar is:

 


Blaadjes harken;

De haag langs de kant van de buren snoeien;



Het graanakkeronkruidenreservaatje omspitten;

Zaadjes bestellen bij Cruydthoek;



De picknicktafel in rustmodus zetten;

En de overwinterplek voor de bonsai’s klaarmaken.


Voila zie, met dat lange weekend is mijn to-do lijstje weer een stuk korter geworden.
Ik heb zelfs de Op-het-eerste-gezicht foto van deze maand niet vergeten!  Maar klik daarvoor door naar
HIER.


En nu nog te doen: moestuin afrasteren voor de kippen, blaadjes harken, wat spitwerk in de moestuin, bonsai’s in koude kas zetten, vogelhuisjes uitkuisen en nog meer blaadjes harken.

Het jaar afronden dus.